Tadej Pogacar leidt het algemeen klassement van de Tour de France. De Sloveen verwacht een krachtige aanval van zijn rivaal Jonas Vingegaard.
De Sloveense wielrenner Tadej Pogacar ziet zichzelf nog niet verzekerd van de eindoverwinning in de Tour de France, ondanks zijn aanzienlijk vergrote voorsprong op rivaal Jonas Vingegaard. “Jonas zal niet opgeven, zijn team zal alles proberen. Het wordt een lastige laatste week met veel vuurwerk,” zei Pogacar tijdens een persconferentie op de tweede rustdag.
De 25-jarige Pogacar verwacht dat de Deense titelverdediger en zijn Visma-team zich zullen richten op een grote aanval tijdens een van de twee bergetappes op vrijdag en zaterdag. “En daarop zullen wij ons als team heel goed voorbereiden. Ons team is erg sterk, we kunnen vol vertrouwen zijn,” zei Pogacar, die na de laatste zes etappes een voorsprong van 3:09 minuten op Vingegaard heeft.
De prestaties van de Deen, wiens deelname aan de Tour na zijn zware valpartij tijdens de Ronde van het Baskenland in april lang onzeker was, dwongen Pogacar respect af in de Pyreneeën. “Jonas is hierheen gekomen om mee te doen voor de overwinning. Hij heeft nu echt ballen getoond,” zei Pogacar glimlachend. Hiermee verwees hij naar de kritiek van hem en de Belg Remco Evenepoel op de defensieve rijstijl van Vingegaard tijdens de eerste week van de Tour.
Zijn eigen prestaties en die van zijn rivalen op de beklimming naar het Plateau de Beille op zondag, toen de koplopers het klimrecord daar aanzienlijk verbraken, deden Pogacar zelf versteld staan. “Ik reed de hoogste waarden van mijn carrière. Toen ik mijn cijfers checkte, dacht ik, dit is toch gek,” zei hij. “Maar dat is de ontwikkeling in de wielersport. Iedereen werkt ook aan de kleinste details. Toen ik zes jaar geleden als prof begon, was dat bijna amateuristisch.”
